
Welke keuzes maak je als je nu een verpleeghuis vanaf de grond zou opbouwen? De eerste etage van zorglocatie De Kuifmees, onderdeel van ZorgSpectrum, is een voorbeeld; waar elke vorm van technologie is ingebed en integraal onderdeel vormt van de zorg die er geleverd wordt. Niet voor niets wordt het ook wel ‘Het Verpleeghuis van de Toekomst’ genoemd. Manager Monique van Rijn vertelt in dit interview hoe technologie de bewoners en de medewerkers ondersteunt, hoe zij werken vanuit het perspectief van de bewoner en waarom de Smart Technology-studenten van ROC Midden Nederland samenwerken met Zorgstudenten en tot welke technologische oplossingen dit leidt.
Professional van de toekomst
‘We hebben hier alle infrastructuur kunnen aanleggen voor elke vorm van technologie. Dat is een groot voordeel van de nieuwe locatie. Eind september 2021 zijn we gefaseerd open gegaan: verdieping voor verdieping. Er zijn twee leerafdelingen. Daar hebben we de bezetting van een Verpleegkundig leercoach en een Specialist Verzorgende omringd door leerlingen: zowel BBL-ers als BOL-stagiaires. Deze studenten zijn van alle leergangen en van ieder opleidingsniveau: we leiden Helpenden op, Verzorgenden IG en Verpleegkundigen niveau 3 en 4. Het is best spannend, maar ook ontzettend leuk. We zijn hier echt bezig met het opleiden van de professional van de toekomst. Met alle technologie die op de locatie beschikbaar is erbij.’
Feeling
‘Zowel de studenten van de zorgopleidingen als studenten van Smart Technology van ROC Midden Nederland lopen hier stage op de afdeling ‘Verpleeghuis van de Toekomst’. Wij willen juist dat die studenten met elkaar samenwerken: zo krijgen zorgstudenten meer feeling met techniek en de techniekstudenten meer feeling met onze praktijk. Dán wordt het ‘goede’ gesprek gevoerd en is er verbinding. We zien dat er daardoor ook hele andere technologische oplossingen komen.
De dynamiek op de leerafdeling geeft uitdaging: hier moeten de studenten nog leren om leerling en werknemer te zijn. Dat is best uitdagend. Daarom hebben we op de leerafdelingen voor een ruimere bezetting gekozen. De leercoaches hebben ruimte om begeleiding te doen en mee te lopen. We merken nu dat het loopt en dat we meer tijd hebben voor de bewoners.’
Tablet
‘De eerste etage noemen we het Verpleeghuis van de Toekomst en daar gaan sociale en sociologische innovatie hand in hand. Zo hebben we ervoor gekozen dat alle bewoners beschikking hebben over een tablet, zodat zij altijd kunnen communiceren met hun familie. Ook het multidisciplinaire team overlegt met bewoners via Teams. We doen dit overleg bewust mét de bewoners. We hebben soms de neiging om over de bewoners te praten. Dat willen we in De Kuifmees juist anders.’
Asset tracking
‘We zetten ook asset tracking in voor onze materialen. Zo kunnen we via onze telefoon altijd zien waar de tillift, de bloeddrukmeter en de thermometer zijn. Nu zijn we aan het kijken hoe VR en AR ons kunnen ondersteunen. Denk bijvoorbeeld aan de ‘rustbril’: een VR-bril waarmee je meditatieoefeningen kunt doen. Een ander toepassing van een bril is dat je er een wond op afstand mee kan bekijken én op afstand instructie geven.’
Persoonsgerichte zorg
‘Wat we ons de afgelopen maanden gerealiseerd hebben, is dat technologie niet optimaal werkt als je het toevoegt aan het oude. Ons doel is: meer tijd en aandacht genereren voor onze bewoners. Daar gaat het om. Hoe kan technologie daarbij ondersteunen? Op dit moment zitten we in de fase waarin we gaan meten: we zien dat we meer tijd overhouden door asset tracking. Maar ook door het multidisciplinaire overleg via de tablet. De bewoners vinden het waardevol om hun stem te laten horen. Het gaat erom: wie ben ik? En hoe behoud ik mijn identiteit? Dat komt ook voort uit de visie van Persoonsgerichte zorg: we redeneren vanuit die bewoner.’
Vrij bewegen
‘En de technologie ondersteunt daarbij: de bewoners kunnen nu zelf met een polsbandje de deur openen. Dat geeft hen het gevoel van vrijheid en veiligheid. Iedereen kan vrij bewegen in De Kuifmees tot aan de voordeur, aan de hand van de ingestelde leefcirkel. Als een bewoner het polsbandje af doet, kan hij naar buiten. Vroeger zou je dan een slotje op de polsband plaatsen om het naar buiten gaan te beheersen. Nu zeggen we: we gaan het gesprek aan, want wij merken dat er behoefte is om naar buiten te gaan. Het waardevolle is dat medewerkers veel meer de dialoog opzoeken: ‘als de vraag is om meer naar buiten te gaan, hoe kunnen we dat dan realiseren?’ Bewoners ervaren hierdoor meer autonomie, eigenwaarde en geluk. In een podcast gaf een bewoner aan: ik voel me gewoon mezelf, ben gelukkig zoals ik hier mijn leven kan leiden.’
Ritme
‘Voor de medewerkers was het wel een verandering. Eigenlijk bepalen wij in de zorg altijd het ritme: zo laat zijn we klaar met de zorg. Hier bepaalt de bewoner het dagritme, waarbij wij wel een structuur aanbrengen. Medewerkers voelen zich daardoor niet meer opgejaagd en stralen rust uit. De bewoners ervaren die rust en dat voel ik als ik op de afdeling kom.’
Metingen
‘Wij zijn continu bezig hoe we de woonvorm aan de vraag kunnen aanpassen. Dit doen we met collega’s. Daarbij stellen we elkaar de vraag: wie zorgt er over 20 of 30 jaar voor mij en wat betekent dat voor het leveren van de zorg? Hoe kunnen wij dat in het hier en nu realiseren? Het geeft veel energie om elke dag met elkaar te kijken naar hoe we technologie toekomstgericht in kunnen zetten. En: hoe verhoudt die technologie zich ten opzichte van onze visie waarin de bewoner een betekenisvolle dag heeft. Die persoonsgerichte zorg blijft heel belangrijk: hoe sluiten we daarbij aan? Wie of wat is belangrijk voor de bewoner?’
‘Vorige week hadden we overleg met een leverancier over de vraag: kunnen wij metingen direct in de dossiers zien? Wat wij ons dan afvragen is: wat levert het de bewoner op? Als het antwoord daarop negatief is, dan doen we het niet.’